Jaren geleden speelde de professionele golfer Arnold Palmer een aantal demonstratiewedstrijden in Saudi-Arabië. Toen hij klaar was, was de koning zo onder de indruk dat hij hem een cadeau wilde geven. Omdat Palmer allang multimiljonair was sputterde hij tegen: ‘Dat hoeft niet. Ik vond het een eer om in uw land te mogen spelen en uw landgenoten te ontmoeten.’ De koning maakte duidelijk dat hij zeer verbolgen was, omdat hij de beroepsgolfer geen geschenk kon aanbieden. Palmer bedacht zich en zei: ‘Graag een golfclub dan. Een golfclub zou een prachtig aandenken zijn aan mijn bezoek.’
De koning was tevreden. De volgende ochtend kwam er een speciale gezant naar de hotelkamer van Palmer en overhandigde hem de eigendomspapieren van een golfbaan met 36 holes, compleet met bomen, meren en gebouwen. Dit waargebeurde verhaal leert ons dat als een koning je vraagt met welk geschenk hij je kan plezieren, je hem beledigt als je hem om een klein cadeau vraagt.
Door: Wilkin van de Kamp
(21-3-23)