De sleutel tot vrijheid.
En vergeef ons onze schulden, gelijk wij ook onze schuldenaren vergeven. Matt. 6:12.
Wat moet je zeggen als iemand beweert dat hij/zij de dader pas kan vergeven als deze echt berouw heeft en dan om vergeving vraagt?
Jezus zegt eigenlijk in Lucas 17: 3-4 dat, alleen als iemand berouw heeft, je die persoon moet vergeven. Zo iemand kun je pas vergeving schenken als hij/zij oprecht zijn excuses aanbiedt.
Laat de ander maar eerst berouw tonen voordat ik hem/haar zal vergeven. Zolang ik geen erkenning krijg van mijn pijn en verdriet ga ik niet over tot vergeving schenken.
Als je zo redeneert begrijp je niet dat Jezus in Lucas 17:3-4 het welzijn van de dader centraal stelt en in Matt 18:23-35 het welzijn van het slachtoffer. Als iemand schuld bekent en spijt betuigt is het inderdaad makkelijk om te vergeven en los te laten. Maar is iemand vergeven echt alleen maar mogelijk als de ander hierom vraagt?
Wat nu als de dader zijn schuld niet wil toegeven en niet inziet wat hij de ander heeft aangedaan of als deze persoon niet meer leeft? Moet je dan maar met de brokken blijven zitten?
In Matt.18 legt Jezus uit dat vergeving schenken het beste voor jezelf is. Als je de dader niet vergeeft en vasthoud aan al je ellende uit het verleden breng jij jezelf schade toe. Bedenk dat je nooit zult herstellen als je vergevingsgesteldheid op nul blijft staan. Je blijft gevangen in je eigen wrok en boosheid.
Weigeren te vergeven blokkeert de weg naar vrijheid in Christus. Weet dat jouw vrijheid niet afhankelijk is van wat de ander deed of doet, maar van wat jijzelf doet.
Daarom leert Jezus ons het “Onze Vader” bidden, waarin wij om vergeving vragen voor onze schulden, maar ook dat wij onze schuldenaren vergeven. Schuldenaren zijn mensen die ons kwaad hebben aangedaan, nooit spijt hebben betuigt of om vergeving hebben gevraagd. Door deze mensen te vergeven scheppen we ruimte voor onszelf. Wij stellen ons niet langer afhankelijk op van de dader, waardoor hij/zij geen macht meer heeft over ons. Hoe bevrijdend is dat!!
Groet Hans van Hemel Met dank aan Wilkin van de Kamp.
(18-11-24)